De bidsprinkhaan en de nonnetjes
Als een Moeder-overste puiloogt zij naar
de in gebed neergebogen kappen
om ze op droom of spijt te betrappen,
dan bungelt een ‘s Herenmaagd ten offer klaar.
Haar kaken malen haar voor de kloosterorde
al stuipt het nonnetje nog even na,
een straffe Gods in liefdevol genâ,
als opgeworpen wal tegen Satans horde.
Achter haar sluipt geil de proost
naar haar met habijt bedekte mooie kont,
vruchtbaar en sappig pront,
om te grijpen zijn laatste lusten oogst
waarmee hij wel haar maagd-zijn rooft.
Eén kloosterrok moet hij tillen
voor de toegang tot haar billen
kort voordat zij hem klerikaal onthooft
en zijn celibaat en lijf tot ejaculatie
drijft en opvreet voor de congregatie.
Guido van Geel

Ingezonden door
Geplaatst op
18-08-2014
Over dit gedicht
'Het is vreten of gevreten worden', zei de slang en beet in zijn staart.
Geef uw waardering
Op basis van 5 stemmen krijgt dit gedicht 4 van de 5 sterren.Social Media
Tags
Dierengedicht Fabel GuidovangeelReacties op ‘De bidsprinkhaan en de nonnetjes’
-
ZE hebben zichzelf de das omgedaan!
fets - 19-08-2014 om 08:56