De man van de nacht
De nacht.
Voorheen zo eng maar nu niet meer.
Toch zo anders dan ik dacht.
Daar is de man van de nacht.
In al zijn pracht.
Mijn licht in het donker.
Mijn warmte in de kou.
De schittering in zijn ogen, als de sterren die ik niet kan zien.
Zijn handen om mijn gezicht als een warme bries.
En zijn liefde als de maan die mij verlicht.
De nacht.
Lopend onder de zwarte hemel.
Als een reflectie van de maan en de zon.
Hij hoort bij mij en andersom.
Zijn ogen.
Als een pad verlicht waar ik moet gaan.
Naar de liefde die altijd blijft bestaan.
De nacht.
Voorheen zo eng en nu niet meer.
Toch zo anders dan ik dacht.
Reacties op ‘De man van de nacht ’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!