vorige gedicht
volgende gedicht
vorige gedicht
volgende gedicht
De val.
Staande tussen de massa mensen,
Mijn oren geopend tegen het lawaai,
de bedrukkende warmt bestijgt me,
gaat me adem te snel voorbij.
Het wordt lastiger, om te blijven staan,
Draaiend de wereld om me heen,
Verblind door de witte vlekken,
opgeslokt door de mensenmassa, lijk ik alleen.
Geluiden worden gedempt,
tot mijn oren en ik zijn verdooft,
ogen blijven wijd staren,
Terwijl ik gek lijk in me hoofd.
Vastgeklampt aan de mensen rondom,
omringt door de mensen om me heen,
Buiten adem blijven leven,
Val ik ineens ineen.
Reacties op ‘De val. ’
-
Dat klinkt niet zo mooi, het gedicht is overigens wel heel mooi! Hopelijk heb je er geen last meer van, doe voorzichtig..
Someone - 06-05-2014 om 21:29