De vos en de raaf
Een raaf, zo zwart, zat op een tak
en zag de vos van harte eten
van de haas zijn vers karkas.
De raaf die danig hongerig was,
middag reeds en niet ontbeten,
zag de hazenkop en sprak,
‘Vos, wat hebt gij sterke kaken
om zo Cuwaerts nek te kraken’.
Rein op zijn eer gestreeld zeide,
‘Tiecelijn, mijn beet die is straf
zo een kop bijt ik in één hap af’
Zie de hazenkop die rolde los.
Sprak de raaf, ‘Sterke vos,
Wat zie ik in gindse weide
Voor je tanden nieuwe taken
Jagershonden die genaken'.
Reinaert niet bij zinnen
wist niet wat te doen beginnen,
rende her en rende der
maar hij kwam niet ver
dat hij zich wist belogen.
Zat de raaf al op de tak gebogen
over de verse hazenkop
voor hem goed, de vos geen strop
Ben je rijk en wil je alles houden
Je moet geen praat vertrouwen.
Guido van Geel
Ingezonden door
Geplaatst op
24-02-2014
Over dit gedicht
'Ik word kaal', zei de oude vos en streek over zijn pruik.
Geef uw waardering
Op basis van 13 stemmen krijgt dit gedicht 3 van de 5 sterren.Social Media
Tags
Fabel GuidovangeelReacties op ‘De vos en de raaf’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!