Ween een traan
Druppels kondigen zich weer brandend aan,
Onmogelijk om de alomvattende zwaartekracht te weerstaan,
Aangroeiend tot een bittere zondvloed,
Voelt het telkens alsof je jezelf doodbloedt.
Vormloos geschapen door geroerde smart,
Regelrecht vanuit een bewogen hart,
Naar rechtuit starende ogen geleid,
Niet het vloeiende vocht voelend dat langs mijn wangen glijdt.
Terwijl het in mijn roerige hart voortdurend giet,
Veroorzaakt door het onwezenlijke gevoel dat jij bij mij achterliet,
Ontspringen zich onstuimge golvende rivieren als snikken.
Bij jouw silhouette waar ik aan moet terugblikken.
Ik wrijf de stroperige stroom uit mijn natte ogen,
Om de herinnering aan jou op te laten drogen,
Niet dat het lukt, ben nog immer aangedaan,
Onontkomelijk ween ik verdrietig opnieuw een traan.
Reacties op ‘Ween een traan’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!