Dit hoort niet.

Ze zeggen we hebben een beschermend volk,
maar iedereen is 's nachts bang als de maan niet komt.
Bang voor de groepen terwijl je alleen gevaarlijker bent,
Liefde lijkt helemaal niets als je aan alle haat went.
Bang voor de mensen met een ander geloof?
Kom op, het zijn de harten van de mens die vertrouwen dooft.
Samen sta je sterk, maar er vallen er zo veel,
Alleen normale mensen graag, die hebben een groter deel.
Wij zijn vrij, maar 's avonds heb je angst,
haat voor de morgen, maar voor anderen het bangst.
Spelende kinderen hier, met een duur apparaat,
In ons land een kind, in een ander land een soldaat.
Er hoort geen oorlog te zitten in de ogen van een kind,
Er hoort geen haat te vloeien op de emoties van de wind.
We vechten voor vrede, maar de oorlog blijft,
de een uit het met een schot, de ander schrijft.
Praat me niet over veilig, echt als dat is wat je dacht:
gister een meisje van 7 achter mijn huis verkracht.
Alles lijkt prachtig, maar verslaafd aan die zooi.
Waag het niet te zeggen, 'we hebben het mooi'.
Haat hoort niet de groeien in het hart van een kind,
Het leven hoort niet te bloeien terwijl geluk verslindt.