vorige gedicht
vorige gedicht
Pesten is geen spel
Huilend ren je weg,
mensen wijzen je na,
Ik heb toch ook recht
op liefde van mijn ma.
Intussen ben ik het gewend
iedereen is stom.
Ik moest huilen, keihard weggerent.
En ik voel me een ontploffende bom.
Waarom doen die kinderen zo?
Ben ik dan zo raar?
En sowieso,
die kinderen zijn gewoon naar.
Ondertussen denkt iedereen: je steld je aan.
Maar ik, ik voel mijn hart tekeer gaan.
Tranen barsten uit,
Ik ben niet meer te genieten,
het lijkt net,
of mijn ogen staan te gieten.
Reacties op ‘Pesten is geen spel’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!