Ode aan Slauerhoff
In Nederland vind ik geen onderkomen
tussen die stakerige bomen.
Begraven in de kleffe grond
ligt mijn familie daar in ’t rond.
Ik kom er eens per jaar nog terug,
bezoek dan mijn verwanten vlug
en red mij rap het vege lijf
voordat ik er gevangen blijf.
In Nederland is alles groen:
Het is de regenkampioen!
Steeds dat miezerige weer
Hagel , ijzel keer op keer.
Dag in dag uit loop je te niezen,
de wind slaat op de trommelvliezen.
God en Jezus gereformeerden,
farizeeërs, schriftgeleerden:
allen weten ze het beter
ook al klopt het voor geen meter!
In Holland wil ik niet belanden:
Nog liever in de Gobi stranden.
Nooit meer in de ramen kijken:
huizen vol met witte lijken
die ’s avonds vroeg aan tafel gaan
om ’t prakkie haastig weg te slaan,
want eten is verloren tijd,
men wentelt zich in zuinigheid.
Jan Jacob wist dit voor de oorlog al
en stak daarom als arts van wal
Gewoon was toen al gek genoeg
En wee wie zich aldus gedroeg.
Gelukkig was zijn groot talent bestand
Tegen de nuchterheid van het verzopen land.

Ingezonden door
Geplaatst op
14-02-2013
Geef uw waardering
Op basis van 29 stemmen krijgt dit gedicht 3 van de 5 sterren.Social Media
Tags
NederlandReacties op ‘Ode aan Slauerhoff’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!