La Lune Rousse
Ze liggen majestatisch op hun troon als juwelen rond een kroon.
Uit zee gewonnen schitt’rend goud, nog geurend naar het zilte zout,
de oesters, geil gespreid tot het liefdesspel bereid.
Minnaars drummen in het rond tot het kwijl komt in hun mond.
Een dozijntje neemt men mee naar ’t terras, waar, met zicht op zee,
dit erotische festijn bevochtigd wordt met zoete wijn.
Lippen smakken slurpen likken.
Over ’t water glijden blikken,
onrustig zoekend in het donker naar geheimzinnig geflonker.
Naar verlangens aan het eind waar de zee in’t niet verdwijnt.
Uit dit niet komt plots een waan, een mysterieuse gloed.
De oesters hebben afgedaan.
In de aders stolt het bloed.
Is dit zon in donkre nacht, is dit God of duivelskracht ?
De gloed zwelt aan reusachtig groot, oranje roest en vurig rood
tot een wonderlijk spektakel voorspeld door sibillijns orakel.
De stilte is zo zacht.
Langzaam zwellend in de nacht weerklinken zangen
vol weemoed en verlangen.
Sirenen neurien zacht.
“Casta diva†zingen koren
La Lune Rousse is geboren
Ingezonden door
Geplaatst op
08-07-2012
Over dit gedicht
een oesterrestaurant... boven de zee verschijnt een reusachtige oranje cirkel
Geef uw waardering
Op basis van 1 stemmen krijgt dit gedicht 1 van de 5 sterren.Social Media
Tags
NatuurfenomeenReacties op ‘La Lune Rousse’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!