Pijn (13 september 2004)
Iemand zei me eens, de pijn went
maar niemand weet wanneer.
Ik voel het steeds opnieuw,
elke seconde weer.
Een relatie bouw je op,
het gaat om iets dat je maakt,
maar bij kinderen niet,
die hebben iets dat je meteen raakt.
Telkens als ik aan ze denk
krijg ik dat gevoel.
En jij weet ook,
wat ik hiermee bedoel.
Hun stem te horen,
hun glimlach te zien.
Met ze praten over
van alles en nog wat misschien.
Als ik aan ze denk
op die verloren zondag.
Weet ik dat ik
mij gelukkig prijzen mag.
Drie wondermooie meiden
en voor een deel mijn bloed.
Maar daar zit hem juist
wat mij zo'n pijn doet.
Je hoopt op een toekomst,
samen als een gezin.
Maar nu ik alleen ben
zie ik soms niet meer de zin.
Ze zeggen dat het went,
die pijn diep in mij.
Maar dat het lang kan duren
en erg is zeggen ze er niet bij.
Demi is als mijn spiegel,
ze lijkt in veel op mij.
Ook haar vele intresses
stemmen mij erg blij.
Gillian is mijn tegenpool,
zo heel anders dan ik.
Maar haar liefde en goedheid,
daarmee ben ik in mijn schik.
Tara, als tranen van Boeddha,
is als het doekje op mijn wonde.
Ik mis het haar te zien lachen,
dat vind ik eeuwig zonde.
Ze zeggen dat de pijn went,
maar niemand weet wanneer.
Tot aan dat moment
leef ik met hartezeer.
Geschreven door mijn vader:
Eric van den Berk.
Reacties op ‘Pijn (13 september 2004)’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!