Ik moest je vergeten
Wachtend had ik langs de weg gestaan,
Tot het na lange wachten donker werd,
Wolken vervaagden de weerspiegelende maan.
Een klein straaltje licht verlicht de donkere straat.
Ik zocht je, ook al was het al laat.
Na lange zoeken stond ik uiteindelijk stil,
Ik was totaal gebroken, is dit wat je wil?
Nooit was je gekomen,
Nooit zal je voor mij staan.
Een traan ontsnapte,
Ik liet hem gaan.
Ik had voor de deur gewacht,
Duizenden brieven geschreven maar geen teruggehad.
Gewacht bij de telefoon op jou’n stem,
Die ik ondertussen al bijna vergeten ben.
Tot de laatste brief door de brievenbus vloog,
Jou'n handschrift had ik meteen herkend.
Je schreef dat ik je beter vergeten kon,
Omdat je mij al vergeten bent.
Ik word week van binnen, een tweede traan rolt over mijn wang.
Ik wist het, je was gewoon te bang.
Je wilde jou’n woorden realistisch verbergen,
En dacht dat het beter was om het allemaal in een brief te verwerken.
Wij waren nog zo aan elkaar gehecht,
Ik was teleurgesteld om je, dat je geeneens vaarwel had gezegd.
Ik pakte een dun vel papier en begon peinzend te schrijven,
Dat ik er al bang voor was dat je niet meer bij me wilde blijven.
Mijn rode roos verwelkt, mijn roos wordt zwart.
Ik had het van tevoren moeten weten,
Wij waren veel te apart.
Reacties op ‘Ik moest je vergeten’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!