Wilgentenen mand
Als nachtschaduw door verlaat morgenlicht wordt verdrongen,
glijden dauwdruppels van gladde bladeren in vochtige kleigrond
Het aardappelveld moet gerooid worden
Zijn vruchtbare knollen willen aan de klamme duisternis ontsnappen
De boer opende het bedstedeluikje,
draaide op zijn knieën en stapte op een houten bankje
Hij streek met klamme handen over zijn warme linnen hemd
Zijn vuile wollen broek lag wijdbeens aan de voet van het bed
Er naast rustten zijn gebreide kniekousen en vilten muts
Net buiten de drempel, onder het beschutte afdakje,
stonden zijn enkelhoge houten klompen als stille wachters van noeste arbeid
De zware klei had zich er als een aardse omhelzing aan vastgeklemd
Over de smalle dijk ging hij gewapend met een meertandige spitvork op pad
Hij stak deze ruw in de klei en wipte met een krachtige beweging de aardappels omhoog
Menige aardappel klampte zich ongewenst aan de tanden vast
Met een natte doek veegde hij zorgvuldig als een kunstenaar de klei van de knollen
Bij avondval raapte hij ze op en legde ze neer in een wilgentenen mand
![Toevoegen aan favorieten Toevoegen aan favorieten](static/images/star-empty.png)
Ingezonden door
Geplaatst op
26-05-2024
Geef uw waardering
Op basis van 1 stemmen krijgt dit gedicht 1 van de 5 sterren.Social Media
Tags
AardappelReacties op ‘Wilgentenen mand ’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!