Eeuwige lentebloei
Om het fraaie droomgeheim te bewaren
noteert de oude versleten man enkele zinnenspinsels
uit zijn zonderlinge brein, door weemoed aangetast
slechts gekleed in donkergrijze onderbroek
op een lege bladzijde in zijn nachtboek
uit de zoete erfenis van zijn moeder gekregen:
Hier bij de zilte blauwe zee
had jij zeventien verlegen vragen
je vroeg me om ware liefde
ik gaf je achtendertig dagen
je kreeg wat je wilde
in negenendertig nachten
in dat blauwe zee vragen
telde de zon onze zomerse dagen
in de nacht veroverde ik jou
door jouw ziel te behagen
in eeuwige bonte lentebloei
gaf ik antwoord, had jij geen vragen.
© mobar
Reacties op ‘Eeuwige lentebloei’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!