COPLA'S

COPLA’S

Sinds de hulp werd ingeroepen
Van lippenstift en van korset
Worden er uit bezemstelen
Vrouwen in elkaar gezet

Volgens eeuwenoude wijsheid
Smaakt de vrucht der arbeid zoet
Maar toch hou ik niet van werken
Zelfs niet als een ander het doet

De vrouw is een verhaal
Dat veel papier beslaat
Geschreven in een taal
Die niemand goed verstaat

Geld, met veel zweet vergaard
Wordt roekeloos verkwist
En vaak met vrees bewaard
Of smartelijk gemist

Wat zou de man moeten beginnen
Als er geen vrouw zou wezen?
Dan was hij al een eeuwigheid
Verdwenen, moet ik vrezen

Men zegt als rijken drinken:
“Dat gaat er vrolijk aan toe!”
Als armen drinken, scheldt men het
Voor dronkemansgedoe!

Ach, hoe heerlijk zijn de vrouwen
Ach, hoe zoet is ’t suikergoed
Ja, een vrouw, een vrouw van suiker
Moet wel zoeter zijn dan zoet!