vorige gedicht
volgende gedicht
vorige gedicht
volgende gedicht
Onweer
De donder dondert
niemand is verwonderd
de bliksem zoekt zijn weg, slaat zijn baan
recht op de pluim van de torenhaan
hij schud verward even zijn gat
en denkt: je kan we wat
straat vol met goed heen zoekende dieren
torenklok slaat vieren
en de regen zeikt in stralen naar beneden
wijlst de pastoor prevelt zijn gebeden
met in zijn knuist stevig de kralen
van zijn rozenkrans ter grootte van 55 getalen
hij bid de schepper zijn haan voortaan te ontzien
want die heeft nu wel genoeg afgezien
hij belooft 50 weesgegroetjes en 5 onzevaders
vriendelijk verzocht mitsgaders..

Ingezonden door
Geplaatst op
10-06-2019
Geef uw waardering
Op basis van 3 stemmen krijgt dit gedicht 3 van de 5 sterren.Social Media
Tags
MitsgadersReacties op ‘Onweer’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!