Ceyx & Alcyone
Verstijfd als een betrapt kind
Ik hoor niets maar voel alles zo intens
De wereld rond me beweegt, zie alles door een lens
Laat me rusten, stop het waaien van de wind
Ik merk hoe liefde me omarmt
Niet wetend wie het is, beseffen doe ik wel
Ik onderzoek armen, benen, bemerk geen vel
Heb wel door dat mijn omarming hem verwarmt
Alles vertraagt en alles verzwakt
Ik zie haar voor me, zwaaiend met een lach
De lucht opvangen, is er iemand die het zag
Bij mij is het enkel de moed die zakt
Boven me, maar ik nader snel
Ik voel me verlicht en ik voel me vrij
Zoveel zoals hem, zoveel zoals mij
Aan de ogen herken ik hem wel
Ingezonden door
Verwijderde gebruiker
Geplaatst op
07-01-2019
Over dit gedicht
Ceys lijdt aan schipbreuk. In Alcyone haar dromen komt een slaapgod langs om het nieuws aan haar te vertellen in de gedaante van haar man. Als ze op het strand komt ziet ze haar man liggen en omarmt hem. De goden veranderen hen in ijsvogels.
Foto's
Geef uw waardering
Op basis van 6 stemmen krijgt dit gedicht 3 van de 5 sterren.Social Media
Tags
Dood Eenzaamheid Ovidius Verdriet Wanhoop ZoektochtReacties op ‘Ceyx & Alcyone’
-
'Het water is niet koud', zei de Waterman en het sloot zich. (zie Arthur van Schendel)
guido - 07-01-2019 om 21:43