Dagboek van een reiziger

zomaar gegaan op reis
met ontelbare vragen, en reiziger,
een schoorvoetende reiziger
van het huis naar het strand
door zee omgeven
levend van de zon en de wind
een eenzaam mensenkind

het papier drinkt de inkt,
de woorden willen weg,
verheugen zich op te nemen wat ik voel,
vast te houden

de wind en de golven
roepen mij nader
ranselen mijn geheugen
denkend aan thuis

stem in de keel verborgen
mijn verlangen wordt in een droom
opgerold

dek het toe met het laken van de nieuwe dag
als ik opsta

van het strand naar mijn huis
dagelijkse kleine rondreis

de woorden willen weg
op een nieuwe bladzijde
reislustig zijn de woorden
ze verdringen zich
in verlangen naar wat is,
wat blijven zal

herinnering
de reis van mijn leven
mijn onzeker bestaan”

J.S. 2000