De Metselaar

Uit 'Het absurdistisch universum'

Vrij dacht hij het lood te schieten
op de muur waar krijten tekens staan
hij vond er enkel kleine luiden
in een bak vol niets met van weten

strak dacht hij het touw te spannen
voor de rij die was daar neer getast
hij greep alleen ze bij de kelen
die de braafste leken burgermannen

rond hun eeuwenoude zandkasteel
waar zij wachtten wat het tij zou leren
van hun spel met emmer en met schep
slechts bleken een handvat en een steel.

Guido van Geel