vorige gedicht
volgende gedicht
vorige gedicht
volgende gedicht
De zee en ik
Op dek in pyjama en sigaret
Tussen grote, en vooral zware jongens
Als kleuter op een personeelsfeest aangespoeld
Klein in zijn grootsheid
Onzichtbaar het water
Komt in golven en bellen
En een nachtelijke kater
de schreeuw van ochtend en
Meeuwenzang
Als je ‘t zang zal durven noemen
Doen mij niet ontwaken uit deze bodemloze droom
Omdat ik drijf op eigen dagen
De zee die mij letterlijk en figuurlijk draagt
Was nooit eerder mijn bondgenoot
Beiden schoon als bruiden en maagdelijk wit
Jij met rijke schuimkoppen
Ik met lijkbleek gezicht
Reacties op ‘De zee en ik’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!