Verscheurde liefde
Alles is gebroken, de scherven van een prachtige spiegel
De spiegel waarin wij onszelf zagen, eens, zo lang geleden
Hemel en aarde, water en zand, onbreekbaar, onafscheidelijk
Nu rapen wij elk de scherven op, en proberen het verleden te vergeten
Maar de scherven snijden ons, in onze zielen
Ongeneesbare wonden vol wanhoop, verdriet, woede en haat
Nooit zullen wij meer wij zijn, nu is het jij en ik
Hoe wij eens, zo lang geleden, onszelf zagen, verliefd
Hand in hand, aan de oever van het spiegelgladde meer
En we zouden altijd bij elkaar blijven, net als de zwanen, de zwanen die zwommen op het meer
Maar er werden stenen in het water gegooid, de zwanen, bang, uit elkaar gedreven, steeds verder weg, en elkaar niet meer teruggevonden
Niet meer verwikkeld in een innige omhelzing
Losgelaten, gebroken wat onbreekbaar was
Het einde kwam in zicht, ons spoor naar een mooie toekomst werd afgebroken
Het einde van de rit, de laatste kus, het vaarwel
We overleven niet, net zomin als de hemel zonder aarde en de aarde zonder hemel
Verscheurd door pijn, harten die nooit meer heel zullen zijn.
Reacties op ‘Verscheurde liefde’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!