Altijd samen

Meestal zijn zij bij elkaar,
’t scheelt haar niet hoe lang dat duurt.
Samen vormen zij een paar,
want hij is altijd in haar buurt.

Hem een hele dag niet zien
is voor haar een zware tijd.
En zij is dan bovendien
de helft van zichzelf kwijt.

Wandelt zij dan langs het strand
dan beseft ze met plezier:
“Wij zullen samen blijven want
zonder hem loop ik niet hier.”

Voor ú is dit misschien een shock:
Want ‘Hem/Hij’ is haar wandelstok.