vorige gedicht
volgende gedicht
vorige gedicht
volgende gedicht
Woede, ruzie en meer van dat soort zaken
Al vanaf de brugklas
kan ik niks meer goed doen.
“Ga naar de kapper,
zoek werk,
ruim je kamer op.â€
En ga zo maar door.
Nooit eens een complimentje tussendoor,
nooit een glimlach
of een blijk van interesse.
En nu, na bijna zes jaar
is er nog geen steek veranderd.
Ik kan niet eens meer aan m’n avondeten zitten
of er wordt al weer gezeken.
Gezeken
over mijn blond-geverfde haar,
over werk,
over m’n kamer.
En als ik dan iets terugzeg
ontaard het weer in ruzie.
Ik heb het bijna zes jaar gepikt
maar ben je nu gewoon zat.
Ik heb nog maar één ding te zeggen:
Ik doe nooit wat
en jij krijgt de grieptyfus.
Reacties op ‘Woede, ruzie en meer van dat soort zaken’
Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit gedicht, een reactie plaatsen kan hieronder!