Wat letters wel niet met je kunnen doen.

Ik kom ze telkens weer tegen. Vier nietszeggende letters.
In mijn slaap, op de fiets, tijdens het werk en zelfs tijdens het schrijven van dit gedicht. Apart zijn ze onderdeel van het alfabet. Samen zijn ze een deel van mij.

De combinatie vormt iets universeels. Het is een manipulerende, egoïstische aandachtstrekker. Elk liedje, film of gedicht moet altijd over hem gaan.

Mijn afwijzingen drijven weg in jouw zee blauwe ogen. Ik laat me meevoeren op je warme klanken die na blijven suizen in mijn oren. Ik loop net zo lang op mijn tenen totdat ik niet meer kan staan en me in/op (school)slag overgeef aan je sterke armen.

Er is te vaak zand in mijn ogen gegooid. Te vaak met liefde gestrooid. Tussen de zandkorrels kon ik niet meer naar mijn normen en waarden kijken. Ik heb m'n kop in het zand gestoken. Elke helpende hand bracht niet alleen mezelf, maar ook mijn zelfvertrouwen steeds verder naar beneden. Steeds dieper, totdat ik bijna stikte in de waanzin van (wan)hoop.

Het woord hoort bij een persoon. De producent van alle perfecte zitten, geraakte snaren en harmonieuze akkoorden. Samen vormen ze het couplet van mijn levenslied. Het woord die de lach, zinnen en herinneringen creëert die elke keer (in het refrein) terug blijven/blijft komen. Hoe mooi de coupletten ook zijn.

© Copyright Verwijderde gebruiker

Ingezonden door

Verwijderde gebruiker

Geplaatst op

07-12-2013

Over dit gedicht

Voor de jongen die zomaar, ineens in mijn leven kwam en alles net een beetje beter maakte

Tags

Afwijzingen Herinneringen Letters Liedjes Verdriet Wanhoop