't Meske

Het zandpad langs de akker
krek twee bunder
Gert, de oudste, niet de
slimste van de drie broers
ging die middag maaien

Ik, stadsjongen, mocht mee
op de zijplaats van de tractor
gebogen staal, rood geverfd
met ronde gaten
ruikend naar ijzer

Heen en weer, over het land
strook na strook
steeds keek ik naar het huis
dan weer naar de andere kant

Het huis met waslijnen
er stond een teil
een kind, een klein meisje
speelde er, alleen

Het was warm
Gert maaide heen en terug
met ‘t jungske opzij
dat maar kwebbelde

Plots miste ik het meisje
ik zei, ‘ze is weg’
‘och ze is effen naar binnen
gift toch niks’
ik zei, ‘die teil!’
Gert ging door met rijden

En toen, die gil
een vrouw bij de teil
Gert riep sodeju
later zagen we de auto
de dokter op het zandpad

’T meske van anderhalf
te lang in het water
al gestikt in het wasgoed
Gert radeloos

Nu ik dit schrijf
van die augustus
zoveel jaar geleden
denk ik aan de vrouw
die er nooit zou mogen zijn.

zie ook: www.josevanrosmalen.nl

© Copyright José van Rosmalen

Ingezonden door

José van Rosmalen

Geplaatst op

29-10-2012

Over dit gedicht

In dit gedicht beschrijf ik een dramatische gebeurtenis die ik als zesjarige jongen meemaakte.

Tags

Brabant Meisje Ongeluk Tractor