Samen (Geliefd zijn)

Ik boog mij voorover naar haar

Als een reiger aandachtig voor elk gevaar

Ze rook naar jasmijn en ik naar terpentijn

De wereld was simpel, er gewoon zijn

Haar tepels bekeken mij droog en hard

Kleine soeplepels schepten in mijn haren zwart

Op de bank lag zij in mijn schoot

Alle haar lippen zo vurig rood

Onze jeans, waar we het intiemste tot laatst bewaarden

Terwijl de aarde niet langer verder draaide

Zij was van mij en ik van haar

Die blik ontwaarde dat kleine gebaar

Ik was geliefd, ik was bekoort

Alleen een dwaas die dat niet hoort

© Copyright Autisme Storm

Ingezonden door

Autisme Storm

Geplaatst op

01-10-2019

Tags

Geliefd Samen