HET LELIJKE JONGE RUPSJE

HET LELIJKE JONGE RUPSJE

Een rupsje kroop over de grond
Totdat ze daar een plasje vond
Nieuwsgierig keek ze in het water
Maar och, wat schrok ze even later!

"Ben ik dat heus?", zei ze ontdaan
En daarbij viel een rupsentraan
" 'k Wist niet dat ik zo lelijk was!"
Zei ze verdrietig bij de plas

Na in een boom te zijn geklommen
Wilde ze zich daar gaan vermommen
Maar helaas merkte ze toen:
Ze wist niet hoe ze dat moest doen

Bedroefd dacht ze: ik geef het op
Aan deze tak hang ik me op
Ik kan er beter maar mee stoppen"

Waarna ze zich toen ging verpoppen

De rups is er snel mee begonnen
En heeft zichzelf toen ingesponnen
Een week lang hing ze aan de tak
Heel stilletjes op haar gemak

Het rupsje was het hangen moe
En zei: "Ik wil naar buiten toe!"
Toen kroop ze vlug uit haar cocon
En ging naar buiten, in de zon

En daarna ging ze naar de plas
Waar ze laatst zo geschrokken was
En zei verbaasd: "Alsjemenou!
'k Ben nu een mooie vlindervrouw!"



Ze zei: "Ik wist niet dat het kon!"
Haar vleugels glansden in de zon
Van blijdschap slaakte ze een zucht
En vloog toen naar de blauwe lucht!

(Naar: Het Lelijke Jonge Eendje van Anderssen)

© Copyright Hans Erkamp

Ingezonden door

Hans Erkamp

Geplaatst op

14-06-2016

Over dit gedicht

Over een rupsje dat zichzelf heel lelijk vindt en in een mooie vlinder verandert

Tags

Rupsje Verdriet Vlinder